Van 1 ster-recensie tot longlist-nominatie
(en omgekeerd)

En toen kreeg mijn debuut opeens 1 ster.

Maandenlang had ik mogen ervaren hoe het was om mooie recensies voor mijn boek te ontvangen. Natuurlijk stonden ook daar punten in die ik in de toekomst zou kunnen verbeteren. Ik leerde ervan en probeerde de feedback toe te passen in mijn volgende manuscript.

Maar toen volgde er dus zo’n recensie waar ik eigenlijk niets mee kon. Ja, het was me duidelijk dat deze 70+ lezer uit Roermond niet onder de doelgroep van ‘Fatale keuzes’ viel, maar verder was er voor mij als auteur totaal geen les uit te trekken. Ik vroeg me ook af of potentiële lezers, voor wie de recensie natuurlijk eigenlijk bedoeld was, hier wél iets aan hadden.

Dit was namelijk die eerste 1 ster-recensie (die op Bol verscheen):

Wat een waardeloos, onnozel boek. Ik vraag mij af waarom dit een literaire klassieker wordt genoemd.

Saai, van het begin tot blz. 150, waar ik opgehouden ben met lezen. Ik dacht, misschien wordt het nog spannend, helaas één grote flop.

Eerlijk gezegd was ik ook meteen benieuwd wie er ooit had beweerd dat mijn psychologische thriller een literaire klassieker was, want tussen alle recensies die ik had gelezen, had ik die specifieke stellingname nog nergens zien langskomen. 😉

Ik weet niet meer precies hoe ik me voelde, maar volgens mij was mijn eerste gedachte ‘ouch!’ en volgde daarna een ‘pffft’. Ondanks al die prachtige eerdere beoordelingen knaagde het toch een beetje dat deze persoon zich op deze manier uitliet over mijn allereerste boekbaby.

Ik wist zelf heus ook wel dat er ruimte was voor verbetering, het was tenslotte mijn debuut, maar ik vroeg me toch af waarom deze persoon de moeite had genomen om zo’n recensie achter te laten.

Kijk, als schrijver weet je dat je niet voor iedereen kunt schrijven. Er zullen altijd lezers zijn die je boek verschrikkelijk vinden en dat is ook helemaal niet erg. Ik ben alleen iemand die graag iets bijleert. Als iemand iets niet goed vindt, hoor ik graag wat dat dan was, zodat ik er in de toekomst eventueel iets mee kan.

Maar goed. Misschien was dat wel de enige les die ik hier kon leren: let it gooo, let it gooo…

Een paar maanden later verscheen mijn tweede boek en weer zag ik een hoop lieve woorden van lezers. ‘Geheugenspel’ kwam tot mijn grote verbazing zelfs op de longlist van de Hebban Thrillerprijs terecht. Tussen die veertien andere (soms al grote) thrillernamen, zoals Jeroen Windmeijer, Samantha Stroombergen en Loes den Hollander, was ik duidelijk de underdog, dus ik voelde me vereerd.

Tegelijkertijd was het een spannende periode, want deze nominatie betekende dat allerlei mensen mijn tweede boek onder ogen kregen zonder de eerste te hebben gelezen. Hoewel de politiezaak die centraal staat een losstaand verhaal is, gaat het leven van de hoofdpersonen natuurlijk gewoon door. Wat concreet betekent dat Emily worstelt met de keuzes die ze in deel 1 heeft gemaakt.

Bovendien hadden deze mensen van de lezersjury er niet vrijwillig voor gekozen om mijn boek te lezen. Het was niet zo dat ze de flaptekst of de cover zagen en dachten: dat klinkt interessant, dat is waarschijnlijk een boek voor mij!

Je voelt hem misschien al aankomen: deze longlist-nominatie resulteerde in mijn tweede 1-ster recensie, dit keer voor ‘Geheugenspel’. 😉

Ik zal jullie de volledige beoordeling besparen, maar het begon met: ‘Chaos. En nog eens chaos.’ en eindigde met: ‘Toen ik nadien de andere recensies las, bleek dat je het vorige boek van de auteur gelezen moet hebben om mee te kunnen in dit verhaal. Niet ok!’

Vooral dat ‘niet ok!’ bleef nog lang door mijn hoofd echoën. Gelukkig kon ik er tegelijkertijd ook om lachen. Het was in elk geval een lezer die toelichtte waarom het niet haar type boek was en dat wist ze ook nog eens smakelijk te brengen. (Overigens gooi ik die woorden ‘niet ok!’ er nu zelf wel eens uit als grapje.)

En toen verscheen de Vrij Nederland Thrillergids. Ik wist inmiddels dat deze gids erom bekendstaat nogal kritisch te zijn. Als je 3 sterren krijgt, heb je het heel goed gedaan. Ook wist ik dat er wel eens fouten in staan (bij ‘Fatale keuzes’ werd een van de personages bijvoorbeeld Nina genoemd in plaats van Lisa – deed ik opeens mee in mijn eigen boek 😉).

Het verbaasde me dan ook niet echt toen de eerste zin beweerde dat ‘Geheugenspel’ mijn debuut was en de tweede zin luidde: ‘Verschenen bij een uitgeverij die het nodig vindt om de naam van de auteur en de titel van het boek onderaan elke bladzijde te zetten.’ Zo, dat was alvast de helft van de recensie.

Ondanks enkele complimenten die volgden (‘zonder meer vlot geschreven’ en ‘het gegeven is niet onaardig: een vrouwelijke rechercheur onderzoekt de moord op haar eigen vader, met hulp van diens vroegere partner, die ze niet vertrouwt’) kreeg het boek 1 ster vanwege Emily’s ‘eindeloze bespiegelingen en speculaties’.

Misschien vraag je je af of ik inmiddels van ellende in een holletje ben gekropen en nooit meer een boek wil uitbrengen.

Maar dan denk ik aan alle vreemden die de moeite hebben genomen om me een berichtje te sturen waarin ze vertelden dat mijn boek toch echt het beste boek was dat ze tijdens hun vakantie hebben gelezen, of dat ze te laat waren gaan slapen omdat ze het niet wilden wegleggen.

Of aan het feit dat ‘Geheugenspel’ inmiddels ook op de longlist van de MAX Zilveren Vleermuis staat, voor beste thriller van het jaar.

Wat ik hiermee wil zeggen?

Een mening is een mening. Die kan jou als auteur blij maken, je iets leren of je onzekerheid voeden. De ene keer schud je kritiek zo van je af of zet je deze om in daden, de andere keer baal je er wat langer van en ook dat is oké.

Kunnen we als auteur dan niet beter helemaal stoppen met het lezen van recensies? Ze worden immers niet eens voor ons gedeeld, maar voor potentiële geïnteresseerden.

Voor sommigen van ons zal dat inderdaad het fijnst zijn. Schrijvers zijn ook maar mensen. We kunnen ontmoedigd raken als onze boeken, waar we zoveel tijd en energie in hebben gestoken, niet worden geïnterpreteerd zoals we het hebben bedoeld.

Toch heb ik zelf besloten om de recensies over mijn boeken te blijven lezen, omdat ik het interessant vind om te horen hoe lezers mijn verhalen hebben ervaren: wat hen is bijgebleven, waar ze de nadruk op leggen. Anders had ik het net zo goed alleen voor mezelf kunnen schrijven.

Ook lees ik ze omdat ik graag beter wil worden. Een van de leuke dingen aan schrijven blijft voor mij namelijk dat je jezelf altijd kunt blijven ontwikkelen.

Een verhaal is immers nooit perfect en ikzelf als auteur al helemaal niet.

Lees jij recensies over je eigen boeken of vermijd je die liever?

Deel het met ons in de besloten Facebookgroep van BackWords.

Scroll naar boven